weergegeven: 1 - 8 van 8 resultaten
't Leven

Een depressie? Not again!

De laatste weken kreeg ik enorm veel complimenten voor mijn ‘metamorfose’. De vraag hoe ik het deed werd dan ook regelmatig gesteld en daarom schrijf ik m’n verhaal graag voor jullie neer. 

Ik tegen de rest

Als jullie mijn blog gelezen hebben, me al een tijdje volgen via social media of zo nu en dan een krant lezen, zijn jullie waarschijnlijk op de hoogte van mijn donkere periode enkele jaren geleden. Tot grote verbazing van de mensen rondom mij kreeg ik toen een depressie. Omdat dat voltooid verleden tijd is, ga ik daar niet meer over schrijven maar het is wel het begin van dit nieuwe verhaal. Als je alles over die zwarte periode toch wil weten, kan je mijn boek ‘Ik tegen de rest’ nog altijd online verkrijgen.

Ik Tegen De Rest – #maakdepressiebespreekbaar

Dankzij heel wat medicatie, communicatie en enorm veel psychologische hulp, kroop ik 4 jaar geleden uit het diepe dal. Toch voelde ik me na mijn depressie nooit meer als ervoor. Ik was niet meer die spring-in-’t-veld, vond het moeilijk om altijd vrolijk door het leven te dartelen en alle tegenslagen kwamen heel erg binnen. Ik voelde me niet goed in mijn vel en er bleef een soort donkere wolk boven mijn hoofd hangen. Vaak voelde ik me enorm down en zag ik problemen die er niet waren. Ik was enorm emotioneel en steeds op zoek naar ‘het ultieme geluk’. 

Mentaal voelde ik me niet honderd procent, maar ook fysiek had ik heel wat klachten. Vaak was ik ziek, had ik veel stress en buikpijn. Ik sliep slecht, had geen energie en mijn darmen werkten me dagelijks tegen. Of het liep eruit als water (sorry voor de beeldspraak) of ik kon meer dan een week niet gaan. Na het eten blies ik volledig op en had ik geen energie meer. Ik was continu moe. Doodmoe. Ik geraakte niet vooruit en elke dag was een opdracht. 

Toen ik vorig jaar enkele traumatische dingen meemaakte was het hek helemaal van de dam. Mijn mentale en fysieke toestand ging weer achteruit. Ik kreeg waanbeelden, zocht naar houvast op de verkeerde manier en probeerde op dezelfde slechte manier aandacht te krijgen van de mensen rondom mij: het gaat niet, er is iets mis, help me! 

Maar ik was niet van plan om weer in een depressie weg te zakken, ook al zag iedereen dat aankomen. Het aftakelen voelde heel echt, maar fuck that, not again, ik was sterker dan dat. Zo ver is het dus niet gekomen. Ik zocht meteen psychologische hulp, verdiepte me in allerlei boeken en studies over trauma’s en mentale gezondheid en deed alles volgens het boekje. Ik kwam vaak buiten, stortte me op mijn werk, maar nam ook genoeg me-time. Ik praatte met mensen en zocht veel contact, sloot me niet op, ontdekte nieuwe dingen, ging veel reizen, stapte uit mijn comfort zone en ging meer bewegen. 

Op één van mijn vele tripjes.

Toch bleef er iets ‘vreemd’ aanvoelen. Mentaal voelde ik me, naar omstandigheden oké, maar fysiek bleef ik achteruit gaan. De felle last aan m’n darmen bleef aanhouden, ik werd nog meer ziek, sliep niet en mijn energie was gewoonweg verdwenen. Ik kreeg nog wel vaak kwade, emotionele buien en beeldde me van alles in. Ik dacht dat ik volledig gek werd. 

Van het kastje naar de muur

Ik bezocht verschillende huisdokters en legde hen mijn situatie uit, telkens met als eindvraag: ‘Kan je me vooral helpen met die darmen? De rest pak ik al aan.’ Elke keer weer kreeg ik een ander antwoord dat me helaas niet verder hielp: ‘Het zal aan je situatie liggen, het is normaal dat je je na zo’n jaar niet goed voelt’, ‘Probeer gewoon eens gluten te schrappen uit je dieet’, ‘Slaap wat beter!’, ‘Neem meer vitaminen!’ en met als klap op de vuurpijl: ‘Ja ja, dat is de ziekte van de eeuw, dingen uitvinden om aandacht te krijgen. Er is niks mis, zet het uit je hoofd!’

Na een tiental dokters voelde ik me teleurgesteld, maar vooral ook heel boos. Ik voelde me onbegrepen en niet gehoord. Als er iemand haar lichaam en geest kent, ben ik het wel. Vroeger zou ik bij de pakken blijven zitten, maar al die afwijzingen gaven met net meer kracht om wel verder te gaan met mijn zoektocht. Toen ik erover praatte met mijn psychologe, vertelde zij me dat er effectief een heel belangrijke connectie bestaat tussen je darmen en je hoofd en dat daar meer en meer wetenschappelijk onderbouwde studies omtrent gevoerd worden.

Vooraleer ik aan mijn verhaal kan beginnen moet ik deze studies toch even schetsen om alles goed te kunnen begrijpen. De studies zijn pas van de laatste jaren en het is slechts heel recent dat professoren echt ver geraakt zijn in die onderzoeken. 

De darm-breinas

De verbinding tussen de darmen en de hersenen staat bekend als de darm-breinas. Het autonome zenuwstelsel (dat een groot aantal onbewust plaatsvindende functies reguleert zoals de ademhaling, de spijsvertering en de werking van inwendige organen) verbindt de hersenen met het zenuwstelsel van de darm zelf. Niks bijzonder denk je? Alle organen zijn toch aan elkaar verbonden? Akkoord, onderzoek wijst echter uit dat veel ziektebeelden ontstaan door een storing in de darm-breinas. De darm microbiotica hebben ook invloed op het brein. Voeding kan dus een rol spelen bij het voorkomen van mentale aandoeningen. 

Ken je dat gevoel? Je bent gestrest en je spijsvertering maakt instant gekke sprongetjes. Je eetlust vermindert, je darmen beginnen te rommelen, krampen komen op. 

Dat komt doordat er zich in ons lichaam ongeveer evenveel bacteriën als cellen bevinden en de meeste van die bacteriën zitten in onze darmen. Ondertussen is er ontdekt dat die darmbacteriën ons brein op verschillende manieren kunnen beïnvloeden. Eén daarvan is via het immuunsysteem. De bacteriën beschermen de darmwand en zorgen dat er geen indringers kunnen passeren en het immuunsysteem dus niet in ‘ontstekingsmodus’ gaat. De bacteriën produceren ook nog andere stofjes die door de bloed-brein-barrière heen kunnen. Eigenlijk zijn het voorlopers van neurotransmitters, de stofjes lijken heel erg op de stofjes die de hersenen zelf ook kunnen maken. 

Wat velen niet weten, is dat we naast het centrale zenuwstelsel dus ook een darmzenuwstelsel hebben. Deze twee zijn verbonden met een heel lange zenuw (de nervus vagus) die zorgt voor een deel van de communicatie tussen hersenen en darmen. Darmen en hersenen werken dus als 1 geheel. Als de darmen niet in orde zijn, zijn de hersenen dat ook niet en omgekeerd. 

Kort samengevat: je darmbacteriën bepalen hoe energiek, gezond en gelukkig je bent. 

Toen ik die onderzoeken grondig had gelezen en onderzocht, moest ik op zoek naar iemand die me kon helpen om uit te zoeken wat er bij mij mis liep in mijn darm-breinas. En misschien wel met andere organen in mijn lichaam of zelfs in mijn hersenen. Ik riep hulp in via Facebook en mijn probleem leek veelvoorkomend te zijn. Heel wat reacties kreeg ik van mensen die deels geholpen waren door specifieke onderzoeken en specialisten. Maar één reactie sprong eruit: ‘Contacteer het Gezondheidshuis, ze hebben mijn leven veranderd!’

Het Gezondheidshuis

Het Gezondheidshuis is een Centrum voor Functionele Gezondheidszorg, Gezondheidsscreening, Orthomoleculaire Therapie (voedingstherapie) en klinische Psycho – Neuro – Immunologie, samenwerkend met arts, specialist. Klonk dus als iets dat ik wel kon gebruiken.

Zo gezegd, zo gedaan dus, ik stuurde een mailtje en ik kreeg al snel een afspraak. Met een klein hartje reed ik naar het Gezondheidshuis, want ik moest heel mijn verhaal nog maar eens gaan vertellen en daar had ik weinig zin in. De schrik om misschien weer het deksel op de neus te krijgen zat er zeker in. Al die twijfels werden snel van tafel geveegd toen een enorm knappe, blonde vrouw van middelbare leeftijd de deur opende. Een verschijning die mijn mond deed openvallen en ik werd meteen op mijn gemak gesteld. She was so bubbly. Ik vroeg me instant af waar ze haar energie vandaan haalde. 

Chris Rock (I know, wat een heerlijke naam) legde me eerst uit wie ze was, wat ze deed en keek toen betekenisvol naar mij: ‘Vertel me eens, waarom ben jij hier Nasrien?’. Ik ratelde heel mijn verhaal eruit alsof het een lieve lust was. Van mijn depressie, naar mijn zwaar jaar, naar mijn slaapproblemen, opvliegers, emotionele momenten, het vele ziek zijn, de last van mijn darmen, het gebrek aan energie en de constante algehele malaise. Toen ik uitgerateld was, keek ze me met haar grote, vriendelijke ogen aan en zei de woorden die ik al zo lang wou horen: ‘Ik denk dat ik je kan helpen.’ 

Wat er toen kwam was een rollercoaster. Ze legde me heel wat verschillende mogelijkheden uit. Dingen die mis konden zijn en zonder dat ik er ook maar met een woord over had gerept, begon ze over de darm-breinas. ‘Wist je dat je darmen je tweede brein zijn?’ Eindelijk kreeg ik bevestiging van wat ik eigenlijk al lang wist: er zit iets mis in mijn lijf en daardoor willen mijn hersenen niet goed werken. Dit was al een heel grote eerste stap: ‘Top! Er is waarschijnlijk iets aan het misgaan in mijn lichaam, maar hoe kom ik te weten wat dat net is?’ Het begon met een lichaamsscan. Een scan die alle facetten van mijn lichaam in kaart bracht. Dingen zoals mijn vetpercentage en mijn gewicht, maar ook mijn hart en longen werden grotendeels onder de loep genomen. Er werd nagegaan of mijn aders nog goed openstonden en de scan zag zelfs (zonder dat ik er iets van gezegd had) dat er 3 nekwervels vol littekenweefsel zitten. De scan gaf daarenboven de juiste wervels aan. Conclusie: ik was 96% gezond. Grootste onderscheiding zou je denken? Inderdaad, maar er waren wel twee heel grote dingen die niet juist zaten. Mijn darmen kleurden op en waren zoals in de volksmond gezegd wordt ‘lui’. Maar wat nog belangrijker en eigenlijk heel beangstigend was, was dat het deel in mijn hersenen waar het gelukshormoon serotonine moet toekomen zo goed als plat lag. Zo’n 90% van alle serotonine in je lijf wordt geproduceerd in je darmen. Een verstoring van je darmflora kan dus zorgen voor een verminderde productie van die serotonine. Hierdoor kan je je angstig voelen en zelfs depressief geraken. Maar hoe kwam dat nu? Waarom weigerden mijn darmen om optimaal te werken? Daarvoor was er diepgaander onderzoek nodig. 

Ik kreeg een ellenlange vragenlijst mee. En als ik lang zeg, bedoel ik écht lang. Er stonden heel uiteenlopende vragen in, ’Val je makkelijk in slaap?’, ‘Word je veel wakker ’s nachts?’ maar evengoed: ‘Hou drie dagen een eetdagboek bij en schrijf na elke maaltijd op hoe je je voelt’ of ‘Wat gebeurt er met je in stresssituaties?’. Daarnaast moest ik nog een bloed- en stoelgang onderzoek laten doen door een labo in Nederland. Verder stuurde ik mijn boek op naar Chris zodat ze een goed beeld kreeg van de depressie die ik enkele jaren voordien had. Het kon maar meer duidelijkheid geven. 

Het resultaat

Ik moest enkele weken wachten, maar eindelijk had ik het gevoel dat iemand me zou helpen en me er weer bovenop zou krijgen. Toen Chris me belde met de resultaten zaten we al volop in Coronacrisis, dus face-to-face was geen optie meer. Op het moment van het gesprek zakte de grond toch nog even vanonder mijn voeten weg. Ze begon met de woorden: ‘Ik heb even jouw biochemische tijdslijn gemaakt. Het is niet 1 ding, maar er zijn veel verschillende factoren die maken dat je je voelt, zoals je je voelt. Besef alvast dat al de rare of verkeerde dingen die je gezegd, gedaan, of gevoeld hebt jouw schuld niet zijn. Your body made you do it’. 

Er zijn dus een aantal problemen en die kan ik indelen in blokjes. 

Histamine

Ik heb een histamine intolerantie. Histamine is een ‘biogene amine’ en is super belangrijk bij verschillende processen in ons lichaam, zoals de aanmaak van maagzuur, ons slaap-waakritme en de werking van het immuunsysteem. Ook fungeert het als neurotransmitter (een soort hersenhormoon) in het centrale zenuwstelsel; dat wil zeggen dat het invloed heeft op hoe we ons voelen, op ons humeur dus. Bij mij zit veel te veel van de boodschapper-verbinding histamine in mijn lichaam. Het enzymen diamine-oxidase (DAO) is daarentegen niet genoeg aanwezig in mijn ingewanden. Mogelijke symptomen: jeuk, verkoudheid, hoofdpijn, darmklachten en bovenaan: depressie.

Histamine heeft een bubbel (om het in corona-termen te zeggen) met serotonine, dopamine en adrenaline, de hormonen die ons gelukkig maken. Door dat teveel aan histamine dat niet afgebroken kan worden, wordt de taak van histamine doorgegeven aan een van zijn vriendjes van de bubbel. Dat vraagt heel veel energie en er ontstaat een continu inflamatoire reactie, een soort ontsteking dus, ook in het brein.

DPP-IV (DeePeePee 4)

Deze is heel erg belangrijk voor me geweest. Om uit te leggen wat er net misloopt in mijn lichaam moet ik even een ‘wetenschappelijke’ uitleg geven. 

DPP-IV is een enzym dat vele functies heeft in ons lichaam en dat aangemaakt wordt in de pancreas, epitheelcellen en in bacteriën. Het is een essentieel enzym voor de afbraak van proline bevattende voedingseiwitten zoals gluten en caseïne (melk bevat veel caseïne). DPP-IV werkt vooral op de afbraak van exorfinen. Dat zijn dan weer stoffen die in voedingsstoffen zoals brood, pasta, melk, spinazie en soja zitten. Normaal worden deze in de darmen afgebroken door het DPP-IV enzym, maar bij mij werkt dat enzym dus onvoldoende. 

Als die exorfinen niet goed afgebroken worden, worden de endorfine receptoren (het hormoon dat ons ‘tevreden’ doet voelen) overmatig gestimuleerd en daardoor wordt er meer dopamine afgebroken. Dat is toch goed nieuws? Niet echt, want door langdurige overmatige stimulatie wordt endorfine, dopamine (het beloningssysteem van je hersenen), insuline, cortisol (een hormoon dat vrij komt als je in een stress-situatie zit, doel ervan is om je alerter te maken) ongevoelig én je immuunsysteem geraakt verstoord. 

Waarom doet mijn lichaam dat eigenlijk? Te weinig DPP-IV aanmaken en te weinig exorfinen afbreken? Omdat ik intolerant ben aan betaalde voedingsstoffen waardoor mijn lichaam niet kan verteren. Die voedingsstoffen zijn (hou je vast): gluten, granen, melk, soya, (onnatuurlijke) suikers en spinazie.

Eenvoudig gezegd, teveel pasta en dergelijke terwijl je een tekort hebt aan DPP-IV is kak. 

Voor mij was dit een grote eye opener waarom ik me vaak zo down, ontevreden, doodmoe en in constante stress voelde. En waarom ik zo vaak ziek werd.

Darmen

Het DPP-IV enzym is ook een heel erg belangrijk enzym om het slijmvlies van je darmen gezond te houden en een lekkende darm te voorkomen. 

Bij mensen met een verminderde werking van het DPP-IV enzym worden de exorfinen niet goed afgebroken en komen ongewenste stoffen de bloedbaan in. Hierdoor ontstaat een tijdelijke toename van endorfine en dopamine waarna ze juist de werking van deze endorfine weer blokkeren. Hierdoor ontstaat een grote behoefte om weer wat lekkers te eten om de endorfine en dopamine op peil te kunnen houden. De vicieuze cirkel is rond. Mensen met een probleem in de aanmaak van DPP-IV gaan meer en meer exorfinen bevattend voedsel consumeren. 

En ja hoor, die lekkende darm is bij mij ook een groot probleem. 

De laatste jaren zijn er zoals ik al schreef heel wat onderzoeken verschenen waaruit blijkt dat onze darmen ons tweede brein zijn. 90% van alle serotonine (gelukshormoon, remember?) in ons lichaam wordt geproduceerd door de darmen. Een verstoring in de darmflora kan zorgen voor een verminderde productie van serotonine wat dan weer kan leiden tot een depressie of angststoornissen. Wat veroorzaakt zo’n slechte darmflora? Voedselovergevoeligheid. Bij mij dus granen, gluten, suiker, soja, melk en spinazie. Wat wil dat concreet zeggen? Mijn lichaam maakt te weinig gelukshormoon aan, waardoor ik me, meer als andere mensen, down voel en me dingen heel erg aantrek. ‘My body made me do it’, dus. 

Progesteron

Daarbovenop bleek dat ik een tekort had aan progesteron. Dit kan komen door bijvoorbeeld te veel stress. Wat dit teweeg brengt, was ook een serieuze klap om te horen: een toename aan premenstruele klachten, wisselend humeur, zwaarmoedigheid, gespannen borsten, opgeblazen gevoel en… meer kans op miskramen. Een tekort aan progesteron kan je letterlijk gek maken. Ècht gek. Dat verklaart meteen waarom ik het gevoel had dat ik gek werd.

Ik kan je vertellen, toen ik het telefoontje kreeg, was ik volledig van mijn melk (haha melk, ja dat mocht niet meer). De eerste dagen moest ik vaak huilen omdat ik verdrietig was dat er zoveel mis met me was, langs de andere kant was ik super blij, eindelijk wist ik waarom ik me zo ongelukkig en slecht in mijn vel voelde én ik wist dat ik er zelf niet aan kon doen. Ik was niet ziek, had geen mentale aandoening, mijn lichaam werkte gewoon niet goed. 

Nadat ik drie dagen in een put zat, ben ik begonnen aan mijn aanvalsplan want er waren twee mogelijkheden. Oftewel voelde ik me heel mijn leven slecht, oftewel kon ik eraan werken en terug mijn gelukkige zelve worden omdat ik nu wist wat er fout zat. De keuze was uiteraard eenvoudig.

Maar hoe begon ik aan dat aanvalsplan? Het was een hele puzzel om te maken. 

Aanvalsplan

Eerst en vooral moest ik mijn levensstijl aanpassen. Te beginnen met de voeding. Ik mocht dus geen histamine, granen, gluten, melk, soja, suiker en spinazie meer eten. Hoe moest ik daar aan beginnen? Simpel! Ik moest me terug naar de oertijd begeven. Veel groenten, vlees, vis en af en toe wat fruit. Lijkt allemaal heel drastisch en moeilijk, maar eens je er wat inzit valt dat super hard mee. 

Ik heb heel veel gehad aan bepaalde kookboeken. Een paar voorbeelden daarvan zijn die van Pascale Naessens, Steffi Vertriest en die van mijn eigen nicht, Jennifer Cnops. Zij kunnen van weinig, maar vooral onbewerkte ingrediënten enorm lekkere dingen maken. 

Maar alleen die voeding ging al mijn problemen niet verhelpen. Daarom moest ik mijn lichaam ondersteunen met supplementen. No biggie, zou je denken. Neen, in principe niet, maar ik moest er wel 25 per dag nemen. 

Mijn dagelijkse dosis supplementen

Supplementen om: 

  • mijn darmslijmvlies weer te laten aangroeien
  • die DPP-IV aan te maken
  • mijn immuunsysteem weer op de krikken
  • mijn vitamine D weer aan te vullen
  • magnesium aan te vullen
  • alle nodige multivitaminen aan te vullen
  • mijn bijnieren te ondersteunen
  • mijn energie weer op te krikken
  • kleine hoeveelheden histamine die ik toch zou eten af te breken
  • beter te verteren
  • mijn hoofd tot rust te laten komen, zowel overdag als ’s nachts
  • mijn progesteron aan te vullen
  • ’s avonds rustig te worden
  • ’s avonds beter in te slapen

Ik moet eerlijk toegeven dat, toen ik die supplementen bij elkaar zag liggen, ik wel even moest slikken. Ik dacht: ‘Damn, ik heb al gegeten met alleen die pillen’, maar dat bleek mee te vallen. 

Van de ene dag op de andere heb ik me dan ook in mijn ‘nieuwe levensstijl’ gestort gezien het nu of nooit was. En dat was niet van de poes. De eerste twee weken had ik barstende hoofdpijn door het gebrek aan suiker (ik was duidelijk heel verslaafd), ik snakte naar een boterham en ik wou plots heel graag een glas melk drinken terwijl ik dat echt nooit eerder had. Maar het moest. 

Drie maanden verder

We zijn ondertussen drie maanden verder. Elke dag krijg ik complimentjes: ‘Je straalt’, ‘Wat zie je er goed uit’, ‘Waar haal je al die energie?’, ‘Amai, wat is er met jou gebeurd’, ‘Je ziet er zo gelukkig uit’, ‘Nasrien is terug’. En ja zo voel ik me ook, I’m back. 

Ik ben 5 kg vermagerd. Niet dat dat nodig was, maar ik voel me wel veel beter in mijn vel nu. Door al die bewerkte voedingsstoffen te laten, is mijn lichaam in een soort ‘resetmodus’ gegaan en het werkt nu zoals het zou moeten werken. 

Het schrappen van gluten, granen, melk, soja, suiker en histamine in mijn voeding heeft wonderen gedaan. Ik voel me helder, heb een overschot aan energie waardoor ik heel veel kan en wil sporten, ik barst van de ideeën en ambities, ben gelukkig, kan weer slapen, sta vol energie op en mijn darmen werken weer zoals ze moeten werken. 

Ongeveer 1 keer per week heb ik toch een ‘cheatmaaltijd’ (lees: vleesjes van ’t frituur) want laat ons eerlijk zijn, af en toe wil je er aan toegeven. Het grappige is dat als ik dat doe, mijn humeur ook omslaat. Ik voel me opgeblazen, slecht gezind, moe en ziek. Vreemd toch hoe een lichaam in elkaar zit? 

Een gezonde geest in een gezond lichaam

Ik ben zo ongelofelijk blij dat ik mijn leven in eigen handen heb genomen. Ik voel me goed en ik straal dat ook uit. Ik heb het gevoel dat mijn leven de voorbije 5 jaar op pauze stond en dat ik nu eindelijk weer kan beginnen aan het leven waarvoor ik op deze aardbol gezet ben. Moraal van dit verhaal: blijf niet bij de pakken zitten. Hoe donker en uitzichtloos het er ook allemaal uitziet: waar een wil is, is een weg. Je lichaam kan wonderen verrichten en ik ben daar het levende bewijs van. 

't Leven

Mijn petekind

Vandaag, exact 10 jaar geleden, werd er een klein wondertje geboren genaamd ‘Jaron’, ook wel ‘mijn petekind’. Ik was 18 en zat in de klas Nederlands. We waren net een herhalingstoets aan het doen toen ik mijn telefoon voelde trillen. Ik riep heel luid ‘Ik ben net meter geworden! Mag ik mijn telefoon opnemen?’ Het antwoord was uiteraard ‘neen’, dus ik moest nog even wachten. Ik heb nog nooit zo snel een herhalingstoets ingevuld denk ik. Geen idee hoe ik het er vanaf gebracht heb toen, maar het zou me verbazen dat ik goede punten had.

Toen ik klaar was, mocht ik naar buiten en belde de kersverse papa meteen op. ‘Proficiat meter, Jaron is geboren’. Ik was helemaal over the moon. 

De papa van dit kleine wonder is mijn neef, Jochem en de mama zijn fantastische wederhelft Eva. Jochem is de zoon van de zus van mama. We hebben al van kleins af een ijzersterke band. Ik denk dat ik weet waarom. Toen ik nog in de pampers zat zijn we eens met de twee gezinnen naar Spanje op vakantie gegaan. Mama en papa hadden me eventje niet in de gaten, en hoppa, ik lag in het zwembad. Gelukkig dobberde mijn poep (Lees: pamper) aan de bovenkant en zag Jochem me drijven. Hij heeft me toen gered en sindsdien zijn we twee handen op één buik.

Jochem is altijd een beetje mijn grote broer geweest die ik nooit heb gehad. Hij is tien jaar ouder, maar dat hebben we nooit gemerkt. Ik toch niet :-). Toch viel ik uit de lucht toen Jochem en Eva me vroegen om meter te zijn van hun eerste kindje. Ik was bij hen op bezoek geweest. Toen woonden ze nog in Borgerhout in een loft. Ik ging altijd heel graag op bezoek omdat er wel wat afgelachen werd. Plots vroegen ze of ik meter wou zijn en ik ben (uiteraard) beginnen huilen.  Ik was zo vereerd.

Enkele maanden later belden ze me om te vertellen dat het een jongetje ging worden. Ik was er toen al zeker van dat het een kleine hartebreker zou worden.

Toen ik Jaron voor de eerste keer zag was ik zielsgelukkig. Hij was gewoon perfect. En hij had zoveel geluk met zijn twee ouders. Twee hippe, knappe en ongelofelijk lieve mensen die ook nog eens leuk zijn. (Eva en Jochem, niet beginnen zweven nu, hé ;-)). Ik ging dat ventje verwennen, dat was een zekerheid.

Toen hij baby was, kocht ik het luidste speelgoed. Hoe meer lawaai, hoe beter. Ik denk dat zijn ouders me toen een klein beetje gehaat hebben, maar alles voor de kleine. Jaron was altijd een heel blij, slim en gelukkig kind. Ze zeggen altijd: ‘Eigen kind, goed kind’, maar ik zeg: ‘Eigen petekind, goed petekind’, hij kan in mijn ogen niks fout doen, en dat doet hij ook niet want het is echt een heel braaf ventje met een enorm goede inborst.

Jaron kreeg er doorheen de jaren nog een schattig blond zusje en een deugniet van een broertje bij. Het zijn alledrie pareltjes. Jaron is ook een goede grote broer, heel erg zorgzaam. Het gezin woont samen in het Antwerpse en ik zie ze veel minder dan ik zou willen. Je weet hoe dat gaat he, iedereen heeft zijn leven en een gepaste datum vinden is niet altijd gemakkelijk. Toch ben ik altijd zo blij als ik hem kan zien. Ik krijg altijd een dikke knuffel (soms tegen zijn zin – het blijft een jongen) en dan kan mijn dag al niet meer stuk.

Vandaag is die kleine scheet jarig en wordt hij er al 10. De jaren zijn voorbij gevlogen en ik kan echt niet geloven hoe groot hij al is. Ik kan met hem praten als een mini-volwassene en dat is zo een raar gevoel. Ik kan niet trotser zijn als meter. Hij doet het geweldig op school, is een top basketter en heeft echt een groot hart. Dat zal hij wel van mij hebben (Mopje!).

Gelukkige verjaardag lieve schat, en niet te veel meer groeien want anders kan ik je niet meer oppakken.

Ohja, Jochem is een fantastische fotograaf. Ga maar eens een kijkje nemen op zijn website!

Foto van Jochem

't Leven

Genoeg gezwegen

Enkele weken geleden nam ik een besluit – na lang nadenken-. Ik zette een tekst online van wat ik graag mijn ‘donkere periode‘ noem. Op dit bericht kreeg ik ongelofelijk veel reacties. Veel meer dan ik ooit had kunnen denken. Het viel me op dat er er heel wat mensen, en vooral veel mensen van mijn generatie, met hetzelfde probleem kampten. Of ze kenden iemand die ook een moeilijk periode hadden of ze vochten er zelf tegen. Ergens was dit voor mij ook een geruststelling. Ik had altijd het gevoel dat ik ‘anders’ was en nu bleek dat ik zeker niet de enige was die in een depressie had gezeten.

Ik dacht: ‘Genoeg gezwegen, het is tijd om te praten.’

Depressie

Ik vind dat ook zo een vreselijk woord. Het klinkt zo zwart. Maar het kind moet een naam hebben zeker. Ik noem het liever een enorme levensles. Want dat was het ook.

Mijn ‘levensles’ begon enkele jaren geleden. Ik werd ontslagen bij MNM, waar ik altijd met hart en ziel gewerkt had. Ik had een beetje een ‘hero to zero’ gevoel. Ik werd van mijn gouden voetstuk afgehaald en op een grote hoop stront gegooid alsof ik nooit iets geweest was. Er was geen communicatie naar de buitenwereld toe. Het was alsof ik gewoon, plots, in het niets verdwenen was. Mijn werk was mijn leven en plots viel dat allemaal weg. Ik klampte me vast aan alle mensen in mijn omgeving, maar niet iedereen nam dat in evenveel dank af. Toen enkele maanden later mijn relatie nog eens op de klippen liep, ben ik gecrasht. Ik had het gevoel dat niemand me begreep, dat mijn leven vanaf het moment van mijn ontslag in een neerwaartse spiraal was beland en dat die alleen nog maar ging zakken. De eerste maanden kwam ik mijn bed niet uit, ik viel 14 kilogram af en had geen zin. In niks. Mijn vrienden stonden aan mijn deur en ik weigerde te openen. Mijn mama (heldin) kwam elke dag een potje eten aan de deur zetten en de dag erna stond het er nog. Ik wou alleen maar praten met de mensen die me ‘dat kwaad’ hadden aangedaan. Ik wou antwoorden. Maar vooral wou ik dat ik op dat moment een jaar kon terugdraaien toen alles nog goed was in mijn ogen.

Door een groot tekort aan slaap en de nodige vitaminen werd ik verplicht door mijn familie om professionele hulp te gaan zoeken. Ik weigerde. En ben blijven weigeren tot mijn mama me zowat in de auto heeft gesleurd. Ik kwam bij de psycholoog -ook dat klinkt zo ‘negatief’- en mijn verhaal kwam er in één adem uit. Stiekem deed dat enorm veel deugd. Maar ik was op dat moment nog niet klaar om dat toe te geven. Naar de psycholoog gaan heeft zo een negatieve bijklank. En dat is iets wat onze maatschappij er van gemaakt heeft. Als je naar de psycholoog gaat ben je ziek of zwak. Terwijl ik het nu bekijk als een sterkte.

Na enkele sessies was de ‘diagnose’ zo klaar als een klontje: ‘Nasrien, jij zit in een depressie’. Wat? Ik? De spring in het veld? Haantje de voorste? Miss toppunt van vrolijkheid? No f*cking way! Ik heb er dan ook wel enkele maanden over gedaan om uiteindelijk toe te geven dat ik met een depressie kampte. En dat is dan ook een beetje mijn redding geweest.

Willen vergeten

Toen ik uiteindelijk wel de stap zette op na drie maanden mijn deur uit te gaan ben ik ook een tijdje niet meer teruggekeerd naar huis. Plots voelde ik me daar gevangen. Ik wilde niet meer naar de plek waar ik me zo ongelofelijk had laten gaan. Waar ik uren aan een stuk voor me uit lag te staren en waar ik geen toekomstplannen meer had. En daarom ging ik weg. Ik ging uit, ik dronk te veel, ging met de verkeerde mensen om, stootte mensen van me af, trok andere veel te dicht bij. Ik maakte duidelijk de foute keuzes. Ik kwetste mensen omdat het me niet kon schelen. Niks kon me nog schelen. Ik dacht alleen aan mezelf. En daar heb ik spijt van. Enorm veel spijt. Maar ook dat is een les geweest.

Vrienden

Het is een cliché, maar eentje die echt wel klopt. Ik ben in die periode enorm veel vrienden kwijtgespeeld. En als ik één ding heel duidelijk wil stellen: ik neem hen dat absoluut niet kwalijk. Uit een studie komt dat onze generatie hun emoties niet willen tonen en daar ook moeilijk mee om kunnen. Om het zichzelf gemakkelijk te maken, mijden ze daarom mensen die wel hun emoties tonen.

Gek genoeg stond ik ook ooit in hun situatie, voor ikzelf in mijn depressie belandde. Iemand in mijn naaste omgeving kampte met een depressie en ik heb een jaar niet met die persoon willen praten. Want die persoon had niet het ‘recht’ om ongelukkig te zijn. Een goede job, goede vrienden, een dak boven je hoofd en goede familie is duidelijk niet -en dat zie ik nu- dé formule om gelukkig te zijn. Als ik de tijd kon terugdraaien zou ik elke dag aan de zijde van die persoon gestaan hebben, maar jammer genoeg kan dat niet.

Ik neem echt niemand iets kwalijk, ik heb geen haatgevoelens of wroeging. Ik hoop gewoon dat ze nooit dezelfde miserie moeten meemaken. En dat hoop ik oprecht, want dat wens ik niemand toe.

Ben ik ziek?

Elke week ging ik naar de psycholoog. Soms wel twee keer per week. Ik  had het nodig. Het ging ook telkens een paar dagen goed met mij als ik daar langs was geweest. Op dat moment zat ik met weinig werk, dus het was niet evident om telkens 50 euro neer te leggen om een uurtje te gaan praten met iemand. Ik blijf het dan ook schandalig vinden dat psychologen niet worden terugbetaald. De drempel blijft daarom heel hoog liggen en de taboe blijft prominent aanwezig. Als het allemaal net iets goedkoper zou zijn, zouden veel meer mensen de neiging hebben om een keer met iemand te gaan praten. En dat zou ik ook aan iedereen willen aanraden. Als is het maar één keertje. Dan kan je zelf nog beslissen of het iets voor jou is of niet.

Omdat ik het zo nodig vond, bleef ik gaan. Het geld maakte me niet uit. Ik moest en zou geholpen worden. Ik heb meteen gevraagd om persoonlijkheidstesten te laten doen. Iemand ‘beschuldigde’ me er ooit van dat ik Borderline had en dat verzwegen had voor hem. Ik was toen zo van mijn sokken geblazen en nog onzekerder dan ervoor. Niet dat Borderline zo vreselijk is, maar ik kon het niet verkroppen dat iemand me misschien een diagnose had gegeven zonder dat ik er weet van had dat ik er mee kampte. Na maanden van testen en interviews bleek dat ik geen Borderline had maar dat ik soms gewoon wat moeilijkheden had om mijn emoties in toom te houden. Achteraf gezien was het ook helemaal niet zo erg geweest om de diagnose ‘Borderline’ te krijgen. Wat is er mis met mensen die iets meer rechtuit zijn dan anderen? Ach, zoals ik al zei: het kind moet een naam hebben, hé.

De weg naar boven

Nooit had ik gedacht dat ik uit mijn put zou geraken. Ik was er rotsvast van overtuigd dat ik  nooit meer gelukkig zou worden, dat ik mezelf elke dag in slaap zou blijven huilen en dat ik nooit meer verliefd zou worden. Laat staan de liefde van mijn leven zou tegenkomen.

Maar dankzij mijn vrienden die elke dag aan mijn zijde bleven staan, mijn familie die er dag en nacht was en die bleven inpraten op mij, mijn fantastische wederhelft Dries, die me alleen maar de positieve kant van het leven heeft doen inzien, maar ook dankzij de wildvreemden die exact zeiden wat ik op dat moment moest horen, heb ik een klik gemaakt. Ik moest en zou hieruit geraken. Het heeft me enorm veel tijd en enorm veel moeite gekost, maar kijk, hier sta ik, en ik ben gelukkiger dan ooit tevoren.

Lessen

Ik kijk natuurlijk niet terug op die periode als een fun fact maar wel als een enorm leerrijke en vruchtbare periode. Dankzij die depressie heb ik de waarden en normen in mijn leven leren kennen, ik heb mijn vrienden leren kennen en ik heb mezelf leren kennen. Ik ben dezelfde persoon maar met een volledige andere visie. Ik kan nu de signalen lezen als ik op het punt sta op me te laten gaan en weet perfect wat ik moet doen om dit tegen te houden. Ik ben er van overtuigd dat ik nooit meer in zo een periode terecht zal komen, omdat ik mezelf dat nooit toe zou laten. Ik wil nu alleen nog maar de goede dingen uit het leven halen. Ik ben zo ongelofelijk gelukkig en dat wil ik zo houden want dat is een fantastisch gevoel.

Ik heb zin om de wereld te ontdekken, veel en hard te werken, veel ervaringen op te doen en veel creatief bezig te zijn. Ik voel me zo sterk dat ik de wereld zou aankunnen. Wie had dat ooit gedacht.

Van Gils en gasten

Een tweetal weken geleden kreeg ik telefoon van de ongelofelijk sympathieke redactrice Linde van Van Gils en Gasten met de vraag of ik wou komen vertellen over mijn depressie. Ik twijfelde. Was ik wel klaar om heel mijn verhaal uit de doeken te doen? Wou ik dat wel doen? Zou ik andere mensen kwetsen? Want dat is het laatste wat ik wil. En vooral ‘Hoe gaat de buitenwereld reageren?’

Dat laatste speelde een grote rol. Het taboe rond depressies is er nog steeds en is heel duidelijk aanwezig en ik was erg bang voor veel negativiteit.

Ik sprak met wat vrienden en familie en nam uiteindelijk dan toch de beslissing om ervoor te gaan. Ik heb twee weken amper geslapen van de stress, maar toen de dag aangebroken was, en ik op de VRT toekwam werd ik meteen gerustgesteld. Heel de crew van de show zijn fantastische mensen. Dat verdient een pluim!

Een paar stukjes van het gesprek kan je hier en hier bekijken.

Reacties

Toen de show afgelopen was, was ik eigenlijk vooral heel opgelucht. Heel leek alsof er een enorme grote blok beton van mijn schouders afviel. Toen ik naar huis reed was ik nog niet klaar om mijn gsm te nemen en de reacties te lezen.

Toen ik thuis aankwam, ging ik eerst even langs mijn mama die me, zoals altijd, een hart onder riem stak en was ik klaar om mijn gsm erbij te pakken.

De reacties waren overdonderend.

En dit is maar een kleine selectie uit de honderden berichten die ik kreeg.

Er waren zo ongelofelijk veel mensen die zich in mijn verhaal konden vinden, die er kracht uithaalden en die zo blij waren dat er eindelijk iemand mee naar buiten kwam. De hashtags #maakdepressiebespreekbaar, #maakpsychologenbetaalbaar en #doorbreekhettaboe kwamen dan ook enorm veel aan bod.

Toekomst

Ik kijk enorm uit naar de toekomst. Ben klaar om er weer tegenaan te gaan. Veel mediajobs, het uitbreiden van mijn netwerk en veel werken met dieren staan op de agenda. Maar ook het bijstaan van mensen die in dezelfde situatie zitten waar ik inzat, want daar is duidelijk veel vraag naar. Ook zou ik graag een boek uitbrengen over mijn donkere periode. Die ligt eigenlijk al grotendeels klaar. Nu nog wat geïnteresseerden vinden die me willen helpen om mijn droom te verwezenlijken. Laat de toekomst dus maar komen.

Ik wil vooral iedereen bedanken die me geholpen heeft met de persoon te worden die ik nu ben. Al zijn het mensen die er al heel mijn leven zijn, mensen die er enkele maanden of jaren zijn, maar ook de mensen die per ongeluk één keer mijn pad kruisten en die toch een verschil gemaakt hebben.

Waar je ook bent, hoe je je ook voelt en wie je ook bent, vergeet niet: alles komt altijd goed. En wees lief voor je medemens. Sommigen hebben het harder nodig dan je je kan inbeelden. Spread the love.

Want Adventures are forever!